vrijdag 20 juli 2012

HET IS TIJD VOOR FILOSOFIE




DE CLASH OF CIVILIZATIONS, OF WAT IS STERKER: BEGEERTE OF ANGST?

Als je wilt weten hoe je over mensen kunt regeren, moet je eerst weten waardoor mensen zich laten regeren. Wie macht wil begrijpen, moet eerst weten hoe de mens in elkaar zit. Idealiter laten mensen zich volgens Plato regeren door het verstand. In zijn ideale staat zitten de filosofen op de troon. Maar Plato wist ook dat de meeste mensen zich eerder door emoties laten regeren. De twee machtigste emoties die vandaag de dag regeren in onze hedendaagse wereld, die Samel Huntington beschreef als een waarin er een clash of civilizations plaatsvindt, zijn begeerte en angst. De botsing der beschavingen is te herformuleren als een machtsstrijd tussen deze twee emoties op wereldschaal.

David Hume stelde ronduit dat de rede niet meer dan een slaaf is van de emoties. Daarmee bedoelde hij dat emoties ons vertellen wat wij moeten doen, en het verstand slechts dienend kan optreden door deze door de emoties aangegeven doelen zo goed en zo kwaad mogelijk  helpen verwezenlijken. Deze overtuiging had Hume op zijn beurt weer van de politieke denkers van de moderniteit die hem voor waren gegaan. Hobbes, Spinoza en Locke beschrijven de mens als een wezen dat zich vooral laat leiden door emoties als angst en begeerte. Een realistische politieke filosofie dient daar volgens hen rekening mee te houden.

Welke emoties beheersen ons leven? Ik zou denken dat mensen in de westerse beschavingen boven alle emoties beheerst worden – en daarmee ook geregeerd worden - door begeerte. In traditionele samenlevingen werden veel van de menselijke begeertes onderdrukt. Religieuze tradities vinden dat de mens de seksuele begeerte en de begeerte naar eten en drank aan banden moet leggen. In onze vrije samenleving krijgen alle begeertes echter min of meer de vrije hand. Er gaat geen dag voorbij of we worden wel geconfronteerd met reclames die ons aanzetten om meer te kopen, meer te hebben, meer te verlangen. Onze economie drijft op het aanwakkeren van begeertes. Als we minder zouden begeren, zouden we minder kopen en dan zou de economie minder hard groeien. Daarom dient de begeerte tot maximale hoogte te worden opgevoerd. Typische problemen in deze samenleving, waarin the joyless quest for joy centraal staat, zijn verslaving, overgewicht en steeds hogere schulden.

Welke emoties heersen in de Arabische, islamitische wereld? Ik zou denken – maar ik kan mij daarin zeer vergissen omdat ik deze landen daarvoor zelf niet genoeg ken en afga op wat ik er van anderen over gehoord heb - dat mensen in landen als Afghanistan, Pakistan, Irak, Iran, Syrië en Egypte bovenal geregeerd worden door angst. De harde en pijnlijke straffen die worden uitgedeeld, de controle door de vele geheime diensten (de Mukhabarat heet dat in het Arabisch, zo heb ik mij laten vertellen), de controle door de vele aanhangers van een godsdienst met een God die ketters straft met eeuwigdurende martelingen in de hel, dit alles zorgt voor vrees. Een vrees die regelmatig gevoed wordt met angstaanjagende preken, dreigementen, arrestaties, ontvoeringen, aanslagen, mutilaties, al dan niet publiekelijke tuchtigingen en openbare terechtstellingen. De zogenoemde Arabische lente lijkt weinig verandering te brengen als het gaat om de vraag door welke emotie mensen in deze landen geregeerd worden: de Syriërs vrezen volgens de voorpagina van het dagblad Trouw van vandaag 20 juli 2012, de rebellen evenzeer als het oude regime van Assad. Een zekere mevrouw Van Mierlo die tot voor kort in Damascus woonde, samen met haar Palestijnse echtgenoot en kinderen, wordt in het artikel geïnterviewd. Zij zegt: “Het is voorbij met de macht van het regime. Ze kunnen hun wapens inzetten, dat doen ze ook, maar het grootste deel van het land is om en dan verlies je uiteindelijk toch.” De psychologische omslag maakte ze in haar eigen (Palestijnse) wijk mee, waar de bevolking verdeeld was over de opstand. "Het idee bestond dat de rebellen niet zo pro-Palestijns zouden zijn. Maar nu is het idee dat ze gaan winnen. En dan kan je maar beter aan hun kant staan."


Angst aanjagen (terroriseren) is natuurlijk niet uniek voor de Arabisch-islamitische wereld. Nee, het is een eeuwenoud en beproefd middel om macht te verkrijgen en om macht te behouden. De goden in de Griekse en Noorse mythologie danken hun machtspositie voor een belangrijk deel aan het feit dat zij angstaanjagende dingen kunnen doen, zoals je treffen met een bliksemschicht. En ook voor sterfelijke machthebbers geldt, zo schrijft de grote machtstheoreticus, Machiavelli, dat het beter is om gevreesd dan om bemind te worden. Terroriseren is wat machthebbers en machtswellustelingen door de eeuwen heen gedaan hebben.

Nu hadden we in theorie in een wereld kunnen leven die keurig opgedeeld was in twee, geheel los van elkaar staande delen: een deel dat geregeerd wordt door angst en een deel dat geregeerd wordt door begeerte. Maar in die wereld leven wij niet. Door de nieuwe technologie leven wij in een global village waarin angst en begeerte met elkaar wedijveren om wie de wereldheerschappij mag hebben. Dat is wat nieuw is aan de terreur die met de zogenoemde ‘oorlog tegen het terrorisme’ wordt bestreden: dat het dankzij de moderne massamedia makkelijker is geworden om mensen wereldwijd angst aan te jagen. Omgekeerd maken deze massamedia ook het verleiden op wereldschaal mogelijk, hetgeen een bedreiging vormt voor degenen die hun macht gevestigd hebben op angst. De Westerse vrijheid wordt niet geheel zonder reden duivels genoemd door de aanhangers van de radicale islam. Allah is machtig omdat hij vreeswekkend is, maar de duivel is machtig vanwege zijn verleidingskunst.

Hoe winnen wij nu deze strijd? Door uit te dragen dat wij o zo trots zijn op onze door begeerte aangedreven samenleving, en blind zijn voor de vele problemen die de heerschappij van de begeerte met zich meebrengen? Dat lijkt mij niet. Wat duidelijk gemaakt zou moeten worden, is dat de westerse vrijheid niet enkel de vrijheid is van Sodom en Gomorra. Deze vrijheid is niet bedoeld voor plat vermaak, maar voor de open zoektocht naar wat goed, waar en schoon is. Onze vrijheid dient een hoger doel, al lijken wij dat zelf grotendeels vergeten te zijn.

Het is op dit punt dat filosofen een rol te spelen hebben. De heerschappij van de begeerte is voor filosofen te verkiezen boven de dictatuur van de angst. Een heerschappij van de begeerte laat immers ook ruimte voor filosofie, de begeerte naar wijsheid, terwijl de dictatuur van de angst daar geen ruimte voor laat. De filosofische vraag wordt dan hoe we een onderscheid kunnen maken tussen begeertes die goed zijn en de ruimte zouden moeten krijgen, en begeertes die schadelijk zijn en die we dienen te onderdrukken. Hoe kunnen we we de begeertes, in de beroemde beeldspraak van Plato’s Phaedrus beteugelen en de goede kant op sturen? Dit soort vragen maken duidelijk: het is tijd voor filosofie.


3 opmerkingen:

  1. Ik gooi er maar even een stukje Woede en Tijd tegenaan (p262)

    structurele verandering van het begeren; erotisering

    Zoals gezegd wordt het reguliere kapitalisme, dat zich met reëel economisch consolideerbare winstmarges tevreden weet te stellen, gekenmerkt door de spanning tussen rentelast en productiviteitsverhoging - met inbegrip van alle psychopolitieke factoren zonder de modificatie waarvan de verandering van een gegeven populatie in een associatie van koopkrachtige consumenten niet mogelijk is. Voor zover de piramidecrises in het oosten en zuiden van Europa te verklaren waren door een acute hebzuchtpsychose - en dus door een plotselinge en botte erotisering van de affectieve huishoudens -, moesten bij de volgende consolidatiefase diepgaander, discrete en chronisch werkzame vormen van erotisering van de 'samenleving' worden toegepast.
    We weten intussen waarom de psychodynamische modernisering van geldgestuurde 'samenlevingen' de trekken heeft van een erotiek: in de economische moderniteit staat er niets minder op de agenda dan de aflossing van de (slechts schijnbaar archaïsche) thymotische affectbeheersing inclusief haar (slechts schijnbaar irrationele) marktincompatibele aspecten door een meer eigentijdse psychopolitiek van begeertenabootsing en calculerende hebzucht. Deze verandering valt zonder een verstrekkende depolitisering van de populaties niet te realiseren, en deze depolitisering gaat per definitie gepaard met een almaar voortschrijdend betekenisverlïes van de taal ten gunste van beeld en getal. Het kan niet uitblijven dat vooral de klassieke linkse partijen, voor zover ze als woede- en dissidentiebanken functioneren, in dit nieuwe klimaat als disfunctionele relicten uit de toon vallen. Ze zijn ertoe veroordeeld beelden van aantrekkelijke mensen en tabellen met harde cijfers door middel van onaantrekkelijke verhalen te bestrijden. Daarentegen voelen gemoderniseerde sociaaldemocratieën a la New Labour zich in de kapitalistische erotiek in hun element - ze afficheren zich niet langer als trots- en woedepartijen en hebben de voorrang van de begeerten volledig onderschreven.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Je ziet goed dat mijn stukje met Sloterdijks analyse te maken heeft. Sloterdijk schrijft soms alleen wel erg bombastisch. Uiteindelijk is het ook allemaal te vinden in Plato's filosofie. Wat is de mens volgens Plato? Plato stelt dat de menselijke ziel uit drie delen bestaat. Het epithumetikon is het deel van de ziel dat staat voor begeerte, drift, trek. Plato vergelijkt het epithumethikon met een wild zwart paard (Phaedrus) en met een veelkoppig monster (Politeia). Thumos is het tweede deel van de ziel dat staat voor passie, wil, doorzettingsvermogen. Plato vergelijkt het met een nobel wit paard (Phaedrus) en met een leeuw (Politeia). Nous is het derde deel van de ziel dat staat voor begrijpen, redeneren, argumenteren. Plato vergelijkt het met de menner vd twee paarden (Phaedrus) en met de mens die met de leeuw en het veelkoppig monster moet samenleven (Politeia). Mensen die zich laten leiden door begeerte en angst laten zich leiden door de lagere delen van de ziel. Om een goed leven te leiden, moet de nous regeren over de lagere delen. Dit kan alleen als mensen over drie deugden (arète) beschikken. Sophrosyne, zelfbeheersing of matigheid houdt het epitumetikhon in toom. Andreia, mannelijkheid, doorzettingsvermogen of moed weet
      met angst om te gaan en verrijkt daarmee thumos. Phronesis, verstandigheid of wijsheid weet hoe met de nous om te gaan. Dit is het antwoord op wat volgens Plato zou moeten regeren: niet de emoties, maar de deugden.

      Verwijderen
    2. En met de deugden en dankzij de deugden regeert dan uiteindelijk het verstand of de wijsheid, phronesis of sophia.

      Verwijderen